Metabo PK 255/3,40 DNB Instruções de operação

Tipo
Instruções de operação

Este manual também é adequado para

115 164 4160 / 1011 - 6.1
PK 255
Origineel gebruikaanwijzing. . . . . . . . . . . . 3
Manual de instrucciones original . . . . . . . 21
Manual de serviço original. . . . . . . . . . . . 40
0018_61_2v4IVZ.fm
D DEUTSCH ENG ENGLISH
KONFORMITÄTSERKLÄRUNG DECLARATION OF CONFORMITY
Wir erklären in alleiniger Verantwortlichkeit, daß dieses Produkt mit den folgenden Normen
übereinstimmt* gemäß den Bestimmungen der Richtlinien** Prüfbericht *** ausstellende
Prüfstelle ****
We herewith declare in our sole responsibility that this product complies with the following
standards* in accordance with the regulations of the undermentioned Directives** testreport ***
issuing test office ****
F FRANÇAIS NL NEDERLANDS
DECLARATION DE CONFORMITE CONFORMITEITSVERKLARING
Nous déclarons, sous notre seule responsabilité, que ce produit est en conformité avec les
normes ou documents normatifs suivants* en vertu des dispositions des directives **Compte-
rendu de revision *** effectué par ****
Wij verklaren als enige verantwoordelijke, dat dit product in overeenstemming is met de
volgende normen* conform de bepalingen van de richtlijnen** keuringsinstantie *** uitgevoerd
door****
IT ITALIANO ES ESPAÑOL
DICHIARAZIONE DI CONFORMITÀ DECLARACION DE CONFORMIDAD
Noi dichiariamo sotto la nostra esclusiva responsabilità che il presente prodotto è conforme alle
seguenti norme* in conformità con le disposizioni delle normative ** verbale di prova *** eseguita
da ****
Declaramos bajo nuestra exclusiva responsabilidad, que el presente producto cumple con las
siguientes normas* de acuerdo a lo dispuesto en las directrices** Acta de revisión *** llevada a
cabo por ****
PT PORTUGUÊS SV SVENSKA
DECLARAÇÃO DE CONFORMIDADE
F
Ö
RS
Ä
KRAN OM
Ö
VERENSST
Ä
MMELSE
Declaramos sob nossa responsabilidade que este produto está de acordo com as seguintes
normas* de acordo com as directrizes dos regulamentos ** Acta de revisão *** efectuado por ****
Vi försäkrar på eget ansvar att denna produkt överensstämmer med följande standarder* enligt
bestämmelserna i direktiven**provningsrapport *** genomfört av ****
FIN SUOMI NO NORGE
VAATIMUKSENMUKAISUUSVAKUUTUS SAMSVARSERKLÆRING
Vakuutamme, että tämä tuote vastaa seuraavia normeja* on direktiivien määräysten
mukainen**tarkastusraportti*** testin suorittaja****
Vi erklærer under eget ansvar at dette produkt samsvarer med følgende normer* henhold til
bestemmelsene i direktiv** prøverapport *** utstilt av ****
DA DANSK POL POLSKI
OVERENSSTEMMELSESATTEST OWIADCZENIE O ZGODNOCI
Hermed erklærer vi på eget ansvar, at dette produkt stemmer overens med følgende standarder*
iht bestemmelserne i direktiverne** rapport *** gennemført af ****
Owiadczamy z pen odpowiedzialnoci, e niniejszy produkt odpowiada wymogom
nastpujcych norm* wedug ustale wytycznych **sprawozdanie z kontroli technicznej ***
przeprowadzone przez ****
EL  HU MAGYAR
  MEGEGYEZSÉGI NYILATKOZAT
           *
     **  ***   ****
Kizárólagos felelsségünk tudatában ezennel igazoljuk, hogy ez a termék kielégíti az alábbi
szabványokban lefektetett követelményeket* megfelel az alábbi irányelvek elírásainak**
Vizsgálati jegyzkönyv ****
CZ eština
LV lietuvi
Souhlasné prohlášení Atbilstbas deklarcija
Tímto na vlastní zodpovdnost prohlašujeme, že tento výrobek spluje níže uvedené normy*
normativní naízení** zprávu technické kontroly*** místo vystavení zprávy****
Ms, apakš parakstjušies, ar šo deklarjam ar pilnu atbildbu, ka šis produkts atbilst šdiem
standartiem* saska ar zemk minto Direktvu nordjumiem ** prbaudes atskaite ***
prbaudi veikus iestde ****
SL Slovenski
BG 
IZJAVA O SKLADNOSTI   
S polno odgovornostjo izjavljamo, da so stroji izdelani z upoštevanju standardov* in z
upoštevanjem regulativov navedenih v Direktivh** ES tipski preizkus***Priglašeni organ, ki je
opravil preizkus****
    ,       
 *    ** EC-  ***
  ****
ET Eesti LT Latviešu
VASTAVUSDEKLARATSIOON Suderinamumo aktas
Käesolevaga deklareerime täielikul enda vastutusel, et see toode on vastavuses järgmiste
standarditega* vastavalt allnimetatud direktiivides** esitatud regulatsioonidele ja vastab
katsetustulemustele *** välja antud katsetaja ****
Mes vienpusiškai garantuojame, kad šis produktas atitinka sekanius standartus* pagal žemiau
minimas Nuostatas** EC tipo patikr*** leist****
SK slovenina RO Românã
Konformné prehlásenie Declaratie de conformitate
Prehlasujeme s plnou zodpovednosou, že tento výrobok zodpovedá nasledovným normám*
poda ustanovení smerníc** EG-typových skúšok*** prevedených ****
Declaram pe proprie raspundere ca acest produs corespunde urmatoarelor norme*, conform
dispozitiilor directrivelor**, raportului de verificare*** emis de autoritatea****
PRÄZISIONSKREISSÄGE/ PRECISION CIRCULAR SAW
PK 255
* DIN EN 1870-1, EN 60204-1, EN 61000-3-2, EN 61000-3-3, EN 61000-3-11, EN 55014-1, EN 55014-2
** 2006/ 42/ EG, 2004/108/EG
*** 4811006.11004
**** DEKRA Testing and Certification GmbH; Enderstraße 92b, 01277 Dresden
Volker Siegle
D - 72622 Nürtingen
Nürtingen, 20.03.2011 1001305a
Dokumentationsbevollmächtigter/ responsible person for documentation/ Chargé de la documentation
Metabowerke GmbH
Metabo-Allee 1
Director Innovation, Research and Development
NEDERLANDS
3
1. Leveromvang
1
2
456
3
7
8
1 Systeemcirkelzaag met zaag-
blad
2 Handgreep voor duwhout
3 Duwhout / invoerhulp
4 Aansluitstomp voor zaagselaf-
zuiglslang / zaagbladbehuizing
5 Been met voet (4x)
6 Dwarsaanslag met voorzetprofiel
7 Parallelle aanslag met voorzet-
profiel
8 Afdekkap
I_0015nl2A.fm 27.4.11 Origi
neel gebruikaanwijzing
NEDERLANDS
4
2. De gehele zaag in een oogopslag
9
10
11
12
13
14
15
16
17
18
9 Afdekkap
10 Parallelle aanslag met voorzet-
profiel
11 Duwhout / invoerhulp
12 Handwiel voor het instellen van
de snij
hoogte
13 Handwiel voor het instellen van
de hel
lingshoek met blokkeer-
hefboom
14 Hoofdschakelaar met noodscha-
kelaar
15 Netaansluiting
16 Standbenen
17 Zaagblad
18 Spouwmes
NEDERLANDS
5
Anschlussstutzen
1. Leveromvang............................3
2. De gehele zaag in een
oogopslag .................................4
3. Lees deze tekst voor
u begint! ....................................5
4. Veiligheidsvoorschriften .........5
4.1 Reglementaire toepassing..........5
4.2 Algemene
veiligheidsinstructies ..................6
4.3 Symbolen op het apparaat .........7
4.4 Veiligheidsvoorzieningen............8
5. Bijzondere
productkenmerken...................8
6. Bedieningselementen ..............8
7. Montage.....................................9
7.1 Standbenen monteren................9
7.2 In-/Uit-schakelaar monteren.....10
7.3 De beschermingskap
monteren ..................................10
7.4 Vloerbevestiging.......................10
7.5 Tafelverlenging monteren.........10
7.6 Zaagselafzuiginstallatie
aansluiten.................................11
7.7 Netaansluiting...........................11
8. Bediening................................12
8.1 Zaaghoogte instellen ................12
8.2 De zaagbladhelling instellen.....13
8.3 Zagen met parallelle aanslag ...13
8.4 Zagen met dwarsaanslag .........14
9. Tips en trucs...........................14
10. Service en onderhoud............14
10.1 Zaagblad vervangen.................14
10.2 Zaagblad uitrichten...................15
10.3 Aandrijfriem spannen ...............16
10.4 Spouwmes uitrichten................17
10.5 Zaagbladhelling instellen..........17
10.6 Schaalband justeren.................18
10.7 Dwarsaanslag instellen ............18
10.8 Machine opbergen....................18
10.9 Onderhoud ...............................18
11. Reparatie.................................18
12. Transport.................................18
13. Beschikbare
accessoires........................18/59
14. Milieubescherming.................19
15. Problemen en storingen ........19
16. Technische gegevens............20
Deze handleiding is zodanig opgesteld
da
t u snel en veilig met de machine
kunt beginnen werken. Hier enkele
aanwijzingen voor het gebruik van deze
handleiding:
Lees de handleiding volledig door,
voordat u de machine in gebruik
neemt, Volg in het bijzonder de vei-
ligheidsvoorschriften op.
Deze gebruiksaanwijzing is be-
doeld voor personen die ten minste
beschikken over basiskennis
bij het
werken met apparatuur zoals hier
beschreven. Wanneer u geen erva-
ring zou hebben met dergelijke ap-
paratuur, doe dan eerst een beroep
o
p de hulp van ervaren personen.
Bewaar alle bij dit apparaat gelever-
de documenten, zodat u en alle an-
dere gebruikers zich indien nodig
ku
nt informeren. Bewaar het aan-
koopbewijs voor eventuele garantie-
claims.
Als u de werktafel uitleent of door-
verkoopt, moet u alle bijgeleverde
documentatie meegeven.
De fabrikant wijst alle verantwoor-
delijkheid af voor schade die ont-
staat door niet-inachtneming van
deze handleiding.
De informatie in deze gebruiksaanwij-
zing wordt als volgt aangegeven:
AGevaar!
Waarschuwing voor lichamelijk letsel of
mili
euschade.
BGevaar voor elektrische
schok!
Waarschuwing voor lichamelijke letsels
do
or elektrische schok.
cIntrekrisico!
Waarschuwing voor lichamelijk letsel
do
or meetrekken van lichaamsdelen of
kledingstukken.
A Opgelet!
Materiële schade.
3 Opmerking:
Aanvullende informatie.
Cijfers op afbeeldingen (1, 2
, 3, ...)
benoemen de verschillende on-
derdelen;
zijn doorlopend;
hebben betrekking op de over-
eenkomstige cijfers tussen haak-
jes (1), (2
), (3) ... in de bijbeho-
rende tekst.
Instructies voor handelingen, waar-
bij op de volgorde moet worden ge-
let, zijn doorgenummerd.
Instructies voor handelingen met
wi
llekeurige volgorde zijn met een
punt gekenmerkt.
Opsommingen zijn gekenmerkt met
een streep.
4.1 Reglementaire toepassing
Deze machine is bestemd voor het
langs en dwars doorzagen van massief
hout, spaanplaten, meubelplaten en
soortgelijke houtmaterialen.
Ronde werkstukken mogen niet ge-
zaagd worden, daar deze verdraaid
kunn
en worden door het roterende
zaagblad.
Het is ten stelligste verboden om het
ap
paraat te gebruiken voor een doel
waarvoor het niet ontworpen werd of
waarvoor het niet geschikt is. De fabri-
kant wijst alle verantwoordelijkheid af in
he
t geval dat de machine niet gebruikt
wordt zoals voorgeschreven of als ze
gebruikt wordt voor een doel waarvoor
ze niet ontworpen werd of waarvoor ze
niet geschikt is.
Een ombouw van het apparaat of het
ge
bruik van onderdelen die niet ge-
keurd en vrijgegeven zijn door de fabri-
kant kunnen tijdens het gebruik onvoor-
zienbare beschadigingen en risico's tot
ge
volg hebben.
Inhould 3. Lees deze tekst voor u
begint!
4. Veiligheidsvoorschriften
NEDERLANDS
6
4.2 Algemene veiligheidsin-
structies
Houdt u zich bij gebruik van deze
machine aan de volgende veilig-
heidsvoorschriften om gevaar voor
person
en of materiële schade te
voorkomen.
Houdt u zich aan de bijzondere vei-
ligheidsvoorschriften in de betref-
fende hoofdstukken.
Houdt u zich eventueel aan de wet-
telijke richtlijnen of ongevalpreven-
tievoorschriften inzake de omgang
me
t cirkelzagen.
AAlgemeen gevaar!
Houd uw werkplek op orde – een
onordelijke werkplek kan ongevallen
tot gevolg hebben.
Wees aandachtig. Let op wat u
doet. Ga verstandig te werk. Ge-
bruik de werktafel niet als u niet ge-
concentreerd bent.
Houd rekening met omgevingsin-
vloeden. Zorg voor goede verlich-
ting.
Zorg voor een goede lichaamshou-
ding. Zorg ervoor dat u op een ste-
vige ondergrond staat en let er
vooral
op dat u altijd goed in even-
wicht bent.
Zorg bij het zagen van lange werk-
stukken voor een goede ondersteu-
ning van de werkstukken.
Het snijden van wiggen mag alleen
worden uitgevoerd met een aan de
gewenste wigdikte, lengte en hoek
aangepaste wigsnijlade:
De machine dient met spouwmes
en beschermkap te worden uit-
gerust.
De rechter hand voert de wigsnijla-
de aan de parallelaanslag en gelijk-
tijdig de aanvoer uit. De linker hand
zekert het werkstuk .
Gebruik het toestel niet in de nabij-
heid van ontvlambare vloeistoffen of
gassen.
Dit apparaat mag uitsluitend door
personen in bedrijf worden gezet en
geëxploiteerd, die met cirkelzagen
bekend zijn en die zich de gevaren
bij het werken steeds bewust zijn.
Personen beneden de 18 jaar mo-
gen dit toestel slechts bedienen in
het kade
r van een beroepsopleiding
en onder het voortdurend toezicht
van een ervaren leraar.
Let erop dat er zich geen onbevoeg-
de personen, voornamelijk kinde-
ren, in de gevarenzone begeven.
Z
org ervoor dat geen andere perso-
nen de machine of het snoer kun-
nen aanraken.
Vermijd overbelasting – belast de
werktafel niet zwaarder dan in de
technische gegevens is aangege-
ven.
BGevaar door elektrische
stroom!
Laat de werktafel niet in de regen
staan.
Gebruik de werktafel nie
t in een
vochtige of natte omgeving.
Voorkom dat u tijdens werkzaamhe-
den met dit apparaat in contact
ko
mt met geaarde elementen zoals
radiatoren, buizen, ovens, koelkas-
ten.
Gebruik het snoer niet voor doelein-
den waarvoor het niet bedoeld is.
AGevaar voor verwondingen en
kneuzingen aan bewegende onder-
delen!
Neem dit toestel nooit in gebruik
zonder gemonteerde veiligheids-
voorzieningen.
Houd steeds voldoende afstand van
het zaagblad. Gebruik desnoods
geschikte hulpmiddelen voor de ma-
teriaaltoevoer. Houd tijdens het ge-
bruik voldoende afstand van aange-
dreven onderdelen.
Wacht tot het zaagblad stilstaat
vooraleer u kleine werkstukdelen,
houtresten enz. verwijdert uit het
werkbereik.
Rem het uitlopende zaagblad niet af
door er aan de zijkant tegenaan te
drukken.
Controleer of de stroom is uitge-
schakeld alvorens onderhoudswerk-
zaamheden uit te voeren.
Zorg dat er zich bij het inschakelen
(bijvoorbeeld na onderhoudswerk-
zaamheden) geen montagegereed-
schap of losse onderdelen meer in
h
et apparaat bevinden.
Schakel het elektrische toestel uit,
wanneer u het niet gebruikt.
AGevaar voor snijwonden, ook
bij rechtopstaand snijwerktuig!
Trek veiligheidshandschoenen aan
als u snijwerktuigen moet vervan-
gen.
Bewaar de zaagbladen zo dat nie-
mand zich eraan kan verwonden.
AGevaar voor terugslag van het
werkstuk (een werkstuk kan door het
zaagblad meegesleurd en weggeslin-
gerd worden, waardoor diegene die
de
zaag bedient, zich kan verwon-
den):
Werk uitsluitend met een juist inge-
steld spouwmes.
Zet het werkstuk nooit "op z’n smal-
le kant" (tijdens het schaven).
Let erop dat het gebruikte zaagblad
geschikt is voor het materiaal van
het werkstuk.
Gebruik voor het zagen van dunne
werkstukken of werkstukken met
dunne wanden uitsluitend zaagbla-
den met fijne tanding.
Zorg ervoor dat de zaagbladen
steeds scherp zijn.
Controleer in geval van twijfel de
werkstukken op vreemde voorwer-
pen (bijvoorbeeld nagels of schroe-
ven).
Zaag alleen werkstukken die groot
genoeg zijn, zodat ze bij het zagen
veilig vastgeklemd kunnen worden.
Zaag nooit verschillende stukken –
ook geen bundels met verschillende
aparte stukken tegelijk. Er is gevaar
voor lichamelijk letsel als aparte
stukken zonder steun door het
zaagblad worden gegrepen.
Verwijdert u kleine werkstukdelen,
houtresten enz. uit het werkbereik -
het zaagblad moet hiervoor stil
staan.
cRisico van bekneld raken!
Zorg ervoor dat tijdens het gebruik
geen lichaamsdelen of kledij door
roterende onderdelen gegrepen en
meegetrokken kunnen worden
(geen dassen, geen handschoe-
nen, g
een kledij met brede mou-
wen; personen met lang haar zijn
verplicht een haarnetje te dragen).
Zaag nooit werkstukken waaraan
zich
NEDERLANDS
7
touwen
snoeren
–riemen
kabels of
draden bevinden of die dergelijke
ma
terialen bevatten.
AGevaar door onvoldoende
persoonlijke veiligheidsuitrusting!
Draag oordoppen.
Draag een veiligheidsbril.
Draag een stofmasker.
Draag geschikte werkkleding.
Bij werkzaamheden buiten is
schoeisel met antislipzool aanbevo-
len.
AGevaar door zaagsel!
Het stof van enkele houtsoorten
(bijv. van eik, beuk en es) kan bij
het inademen kankerverwekkend
zijn. Werk in gesloten ruimten alleen
met afzuiginstallatie.
Let erop, dat bij het werken zo wei-
nig mogelijk houtstof in de omge-
ving terechtkomt:
Afzuiginstallatie installeren;
lekken in de afzuiginstallatie her-
stellen;
voor een goede verluchting zor-
gen.
Het werken zonder afzuiginstallatie is
a
lleen toegestaan:
in openlucht;
bij kortstondig gebruik
(gedurende max. 30 minuten);
met stofmasker.
AGevaar door technische wijzi-
gingen aan de machine of het ge-
bruik van onderdelen die niet door
d
e fabrikant goedgekeurd zijn, kun-
nen onvoorspelbaar persoonlijk let-
sel veroorzaken!
Monteer deze werktafel zoals aan-
gegeven in de gebruiksaanwijzing.
Gebruik hiervoor uitsluitend onder-
delen die door de fabrikant vrijgege-
ven werden. Dat geldt in het bijzon-
der voor:
Zaagbladen (bestelnummers zie
"Leve
rbare toebehoren);
veiligheidsinrichtingen (bestel-
nummers zie onderdelenlijst).
Breng aan deze onderdelen geen
wijzigingen aan.
AGevaar door gebreken aan het
toestel!
Zorg dat werktafel en accessoires
goed worden onderhouden. Neem
hierbij de onderhoudsvoorschriften
in acht.
Controleer de machine voor het in-
schakelen telkens op eventuele be-
schadigingen: voor elk gebruik moet
d
e goede werking van de veilig-
heidsinrichtingen en van licht be-
schadigde onderdelen zorgvuldig
g
econtroleerd worden. Controleer of
de scharnierende onderdelen cor-
rect functioneren en niet klemmen.
Al
le onderdelen moeten correct ge-
monteerd zijn en aan alle voorwaar-
den voldoen om een feilloos gebruik
e
rvan te garanderen.
Laat beschadigde beveiligingen of
onderdelen deskundig en door een
gekwalificeerde vakman herstellen
of vervangen. Laat beschadigde
schakelaars vervangen. Gebruik dit
toestel niet, wanneer u de schake-
laar niet kan in- en uitschakelen.
Zorg ervoor dat er zich geen oliën of
vetten op de handgrepen bevinden
en dat deze droog blijven.
AGevaar door lawaai!
Draag oordoppen.
Let u erop, dat het spouwmes niet is
gebogen. Een gebogen spouwmes
drukt het werkstuk zijdelings tegen
het zaagblad. Dit veroorzaakt la-
waai.
AGevaar door blokkerende
werkstukken of werkstukdelen!
Als er een blokkering optreedt:
1. Apparaat uitschakelen.
2. Stekker uit het stopcontact trekken.
3. Handschoenen dragen.
4. Blokkering met geschikt gereed-
schap verwijderen.
4.3 Symbolen op het appa-
raat
Gegevens op het typeplaatje
Symbolen op het apparaat
19 Fabrikant
20 Artikelnummer en serienummer
21 Apparaatbenaming
22 Motorgegevens (zie ook „Techni-
sche gegevens“)
23 Bouwjaar
24 CE-kenmerk – Dit apparaat
bea
ntwoordt aan de EU-richtlijnen
overeenkomstig de conformiteits-
verklaring
25 Afvalsymbool – Toestel kan via
de fabrikant worden afgevoerd
26 Afmetingen van toegelaten zaag-
bladen
27 Gehoorbescherming gebruiken
28 Oogbescherming gebruiken
29 Gebruik het apparaat niet in een
vochtige
of natte omgeving.
30 Handleiding lezen
31 Niet naar het zaagblad grijpen
32 Waarschuwing voor een risico-
punt
20
21
22
23 24
26
19
25
27 28
30 31 32
29
NEDERLANDS
8
4.4 Veiligheidsvoorzieningen
Spouwmes
Het spouwmes (33) moet verhinderen
dat een werkstuk door de achterkant
va
n het zaagblad omhoog geduwd kan
worden en eventueel tegen de gebrui-
ker geslingerd wordt.
Het is niet toegelaten om zonder
spouwmes te werken.
Afdekkap
De afdekkap (34) verhindert ongewild
contact met het zaagblad en biedt be-
scherming tegen rondvliegende hout-
spaanders en zaagsel.
Het is niet toegelaten om zonder be-
schermkap te werken.
Schuifstok
De duwstok (35) dient als verlengstuk
van de hand en beschermt tegen onvrij-
willig contact met het zaagblad.
Het duwhout moet altijd gebruikt wor-
den als de afstand tussen het zaagblad
e
n een parallelle aanslag kleiner is dan
120 mm.
Het duwhout moet in een hoek van 20
– 30 t.o.v. het oppervlak van het tafel-
blad gehouden worden.
Als het duwhout niet benodigd is, kan
dit in het vak (36) in het apparaat opge-
borgen worden.
Als het duwhout beschadigd is, moet hij
ve
rvangen worden.
Handgreep voor duwhout
De greep voor het duwhout (38) wordt
op een passende plank (37) ge-
schroefd. Deze dient om kleinere werk-
stukken veilig te geleiden.
De plank moet tussen 300 en 400 mm
la
ng, 80 – 100 mm breed en 15
20 mm hoog zijn.
Als de greep voor het duwhout bescha-
digd is, moet deze vervangen worden.
Traploos instelbare hellingshoek
van 0° – 45°.
Traploos instelbare snijhoogte tot
80 m
m.
Alle belangrijke bedieningsfuncties
a
an de voorkant.
Tafeloppervlak uit aluminium – voor
p
recieze sneden.
Machinekast uit torsievrije staal-
plaat.
Tafelverlengstuk in de levering inbe-
grepen.
Uitbreidbaar voor een groot aantal
toe
passingen.
Houtstofkeuring volgens TRGS 553
d
oor FPH.
Hoofdschakelaar
Inschakelen = groene schakelaar
(40), i
ndrukken.
Uitschakelen = rode schakelaar (39)
of afdekking (41) van de hoofdscha-
kelaar indrukken.
De hoofdschakelaar kan bovendien ook
met een hangslot worden beveiligd.
3 Opmerking:
Bij stroomuitval wordt er een onder-
spanningsrelais geactiveerd. Zo wordt
voorkome
n dat de zaag vanzelf gaat
draaien als er weer spanning is. Om in
dit laatste geval de machine opnieuw te
starten, moet u opnieuw op de groene
AAN-schakelaar drukken.
Handwiel voor hellingshoekverstel-
ling
Het zaagblad kan met het handwiel
(42) traploos ingesteld worden tussen
0 en 45.
3 Opmerking:
Het draaipunt ligt ter hoogte van het ta-
felblad, zodat de diepte van de snede
bij
alle hellingshoeken gelijk blijft.
Opdat de ingestelde hellingshoek bij
het zagen niet verandert, moet deze
33 34
35
36
5. Bijzondere productken-
merken
6. Bedieningselementen
37
38
39 40
41
42 43
NEDERLANDS
9
met de klemhendel (43) geblokkeerd
worden.
Als het zwenkbereik van de klemhendel
niet volstaat voor de verstelling, kan de
klemhefboom worden verplaatst:
Klemhendel eruit trekken, draaien
en weer laten vastklikken.
Handlwiel voor het instellen van de
zaaghoogte
De snijhoogte kan ingesteld worden
door aan het handwiel (44) te draaien.
Werkstukaanslagpunten
De zaag is uitgerust met twee werkstu-
kaanslagen.
Dwarsaanslag (voor dwarse sneden):
De hoekaanslag kan in de groef in de
sch
uifslede of in de groef (48) in het ta-
felblad worden geschoven.
Voor hoeksneden kan het aanslagpro-
fiel naar beide kanten 45° worden ver-
steld.
Klemhendel (47) voor het blokke-
ren van de hoek.
Kartelmoeren (45) voor het instellen
van het aanslagprofiel. De kunst-
stofneus (46) aan het aanslagprofiel
moet in richting zaagblad wijzen en
ten
minste 10 mm afstand in richting
zaagblad hebben.
Parallelle aanslag (voor langssneden):
Gemonteerd wordt hij aan het geleide-
profiel aan de voorkant van de zaag.
De parallelle aanslag moet bij het
za
gen parallel t.o..v het zaagblad
staan en met de vleugelschroef (50)
geblokkeerd zijn.
Kartelmoeren (49) voor het bevesti-
gen van het aanslagprofiel. Het
aanslagprofiel kan na het losmaken
van de beide kartelmoeren verwij-
derd en verplaatst worden:
Gebruik de lage kant als aandruk-
kant (52):
voor het zagen van vlakke werk-
stukken.
of als het zaagblad onder een
hoek staat.
Gebruik de lage kant als aandruk-
kant (51):
voor het zagen van hoge werk-
stukken.
3 Opmerking:
Het nulpunt van de schaal wordt zo in-
gesteld, dat het betrekking heeft op de
ho
ge aanlegkant. Is de lage aanlegkant
van het aanslagprofiel gemonteerd, is
een verplaatsing van 25 mm het ge-
volg.
AGevaar!
Wijzigingen aan het apparaat of het
ge
bruik van onderdelen die door de
fabrikant niet uitdrukkelijk getest of
goedgekeurd zijn, zijn verboden, te-
meer daar deze tot schade aan het
ap
paraat en/of tot ernstige persoon-
lijke letsels kunnen leiden.
Monteer de zaag zoals aangege-
ven in de handleiding.
Gebruik uitsluitend de onderde-
len uit de verpakking.
Breng aan deze onderdelen geen
wi
jzigingen aan.
De zaag voldoet alleen aan de veilig-
heidsvoorschriften en is alleen veilig in
gebruik, als ze precies volgens de voor-
schriften gemonteerd wordt.
Als u ook de onderstaande instructies
volgt, heeft u beslist geen problemen
met de montage van de machine:
Voordat u met een deelmontage be-
gint, moet u eerst alle instructies be-
treffende die montagestap doorle-
zen.
Leg de voor elke stap de vereiste
onderdelen klaar.
7.1 Standbenen monteren
1. Zaag omdraaien en op het tafelblad
leggen.
2. Steek een rubbervoet op elk van de
vie
r standbenen (op het uiteinde
met de afgeschuinde hoek).
3. Schuif de standbenen in de uitspa-
ringen in de hoeken van de machi-
nekast.
4. Ga op de bedieningszijde staan.
5. Schroef het standbeen links voor-
aan met drie zeskantschroeven en
éé
n cilinderschroef vast. (De cilin-
derschroef dient als opname voor
de greep van het duwhout.)
zeskantschroeven M8×16 (3x);
44
45 46
48
47
49
50
51
49
52
7. Montage
NEDERLANDS
10
cilinderschroef M8×60;
waaierschijven (5x);
onderlegringen (5x);
zeskantmoeren (5x).
Het 5e deel dient telkens voor het
blokke
ren van de cilinderschroef.
6. Schroef de andere standbenen
vast, met telkens
zeskantschroeven M8×16 (4x);
waaierschijven (4x);
onderlegringen (4x);
zeskantmoeren (4x).
7. Zaag op de vier standbenen zetten.
8. Bevestigingsschroeven van de vier
stan
dbenen natrekken.
7.2 In-/Uit-schakelaar monte-
ren
3 Opmerking:
De hoofdschakelaar is in de verpakking
sl
echts in één boring van de zaag voor-
gemonteerd en naar de binnenkant ge-
zwenkt. Voor de eindmontage van de
h
oofdschakelaar:
1. Zeskantchroef en flensmoeren uit
de
tweede boring draaien.
2. Schakelaarplaat met de hoofdscha-
kelaar zoals afgebeeld naar de bui-
tenkant draaien en met zeskant-
schroef en flensmoer
vastschroeven.
A Attentie!
Let erop dat de kabel niet over scherpe
(sni
jdende) kanten geleid wordt en dat
hij niet geknikt wordt.
7.3 De beschermingskap
monteren
Monteer de zaagselkap (55) zoals
afgebeeld aan het spouwmes (53)
en blokkeer deze met de klemhef-
boom (54).
3 Opmerking:
De afdekkap moet na de correcte mon-
tage aan het spouwmes naar de bedie-
ningszijde toe een beetje omlaag ge-
kanteld zijn.
7.4 Vloerbevestiging
Het apparaat moet aan de standbenen
in de vloer worden verankerd. Gebruik
hiervoor de meegeleverde bevesti-
gingshoek (57).
1. Plaats de bevestigingshoek (57)
aan de buitenkant tegen het stand-
been (56).
2. Steek de borgringen op de zeskant-
schroeven (58) en deze door de bo-
ringen in de bestigingshoek en het
stand
been.
3. Schroef de flensmoeren (59) op de
zeskantschroeven maar schroef
de
ze niet vast.
4. Als alle bevestigingshoeken aan het
apparaat voorgemonteerd zijn, kan
het apparaat met de bevestigings-
hoeken in de vloer worden veran-
kerd.
5. Oneffenheden van het standvlak
worden door het verschuiven van
de bevestigingshoeken gecompen-
seerd. Maak daarvoor eventueel de
flen
smoeren los.
6. Alle flensmoeren handvast aantrek-
ken, als het toestel veilig staat.
7.5 Tafelverlenging monteren
1. Tafelverlenging met zeskant-
schroeven, onderlegringen en zelf-
zekerende moeren aan de opna-
me aan het tafelblad monteren.
Schroe
fverbindingen handvast aan-
trekken .
2. Steek het onderste uiteinde van de
steun
in de gleuven onder de hel-
lingsverstelling en schuif het naar
rechts.
53 5554
56
57
58
59
NEDERLANDS
11
3. Schroef de steun met slotschroe-
ven, borgringen en zelfborgende
mo
eren aan het tafelverlengstuk.
Schroefverbindingen vasttrekken
Controleer de schroefverbindingen van
het apparaat. Trek de schroefverbindin-
gen met geschikt gereedschap hand-
vast aan.
Let bij het aantrekken van de schroe-
ven op de volgende punten:
Het apparaat moet na het vasttrek-
ken van de schroeven veilig en hori-
zontaal staan.
Tafelverlenging via de schroefver-
binding naar het tafelblad uitrich-
ten: de oppervlakte van de tafelver-
lenging moet parallel en op dezelfde
hoo
gte ten opzichte van de opper-
vlakte van de tafelplaat liggen.
7.6 Zaagselafzuiginstallatie
aansluiten
AGevaar!
Sommige soorten zaagsel (bijvoor-
beeld van beuken-, eiken- en essen-
hout) kunnen bij inademing kanker-
verwekkend zijn. Werkzaamheden in
gesloten ruimten mogen alleen met
een geschikte zaagselafzuiginstalla-
tie worden uitgevoerd.
De afzuiginstallatie moet voldoen
aan de volgende eisen:
passend op de buitendiameter van
de aanzuigstomp (zaagselkap 38
mm; beschermkast 100 mm);
luchtdebiet
460 m³/h;
onderdruk aan de afzuigstomp van
de zaag
530 Pa;
luchtsnelheid aan de afzuigstomp
van de zaag
20 m/s.
Let ook op de gebruiksaanwijzing van
d
e zaagselafzuiginstallatie!
De afzuigstompen voor de afvoer van
het zaagsel bevinden zich op de zaag-
bladbehuizing en afdekkap.
Zaagselafzuigsysteem voor zaag-
bladbehuizing
1. Verwijder de afdekkap.
2. Draai het zaagblad volledig naar be-
neden.
3. Draai de zaag om en leg deze met
h
et tafelblad omlaag neer.
4. Verwijder de transportsteun in de
zaag.
5. Schroef de zaagselafzuigstomp (60)
vast aan de zaagbladbehuizing:
zeskantschroeven M6×16 (3x)
onderlegringen (3x)
waaierschijven (3x)
zeskantmoeren M6 (3x)
6. Plaats de zaag weer rechtop.
7. Breng het zaagblad in de bovenste
stan
d.
8. Spankap weer op het spouwmes
mo
nteren.
3 Opmerking:
De afdekkap moet na de correcte mon-
tage aan het spouwmes naar de bedie-
ningszijde toe een beetje omlaag ge-
kanteld zijn.
3 Opmerking:
Als u met een zaagselafzuiginstallatie
we
rkt, verbindt u nu de zaagselaf-
zuigstomp (60) a
an de zaagbladbehui-
zing met de zaagselafzuiginstallatie.
Zaagslafzuigsysteem voor afdekkap
1. Monteer de beschermkap samen
met het
spouwmes .
3 Opmerking:
De afdekkap moet na de correcte mon-
tage aan het spouwmes naar de bedie-
ningszijde toe een beetje omlaag ge-
kanteld zijn.
3 Opmerking:
Als u met een zaagselafzuiginstallatie
werkt, verbi
ndt u nu de zaagselaf-
zuigstomp (61) aa
n de afdekkap met de
zaagselafzuiginstallatie.
7.7 Netaansluiting
BGevaar! Elektrische spanning
Gebruik de zaag alleen in een droge
om
geving.
De zaag mag uitsluitend aangesloten
worden op een stopcontact dat aan
de hierna volgende voorwaarden
voldoet (zie ook "Technische gege-
vens"):
de stopcontacten moeten regle-
mentair geïnstalleerd zijn en een
g
oedgekeurde aarding hebben.
bij driefasenwisselstroom con-
tactdozen met nulleider.
Netspanning en -frequentie moe-
ten overeenstemmen met de
waarden op het typeplaatje van
de machine.
Bescherming tegen stroomslag
d
oor een FI-schakelaar met een
foutstroom van 30 mA.
60
61
NEDERLANDS
12
Bescherming tegen kortsluiting
door netbescherming (kortslui
-
tingsbescherming) met maxi-
maal 16 A.
Systeemimpedantie Z
max.
op het
doorgeefpunt (huisaansluiting):
zie extra bijlage.
3 Opmerking:
Neem contact op met uw energiebedrijf
o
f uw elektrotechnisch installateur in-
dien u vragen hebt of uw huisaanslui-
ting aan deze voorwaarden voldoet.
Het snoer moet zo gelegd worden
dat de zaagwerkzaamheden niet
bemoeilijkt worden en dat het snoer
niet kan worden beschadigd.
Het snoer moet beschermd worden
tegen hitte en bijtende scheikundige
vloeistoffen. Zorg dat het snoer niet
beschadigd kan worden door scher-
pe voorwerpen.
Gebruik als verlengkabel alleen ka-
bels met rubbermantel en voldoen-
de grote diameter (zie "Technische
geg
evens").
Trek de stekker niet aan het snoer
uit het stopcontact.
BDraairichtingswissel!
(alleen mogelijk bij uitvoering met
dra
aistroommotor)
Afhankelijk van de fasenbezetting
v
an de elektrische aansluiting kan
het zaagblad in de verkeerde richting
draaien. Daardoor kan het werkstuk
bij een poging het te zagen wegge-
slingerd worden. Controleer daarom
n
a elke installatie de draairichting.
Als de draairichting fout is, moet de
aansluiting gewijzigd worden door
een elektromonteur:
1. Zodra de zaag met alle veiligheids-
voorzieningen gemonteerd is, sluit u
ze a
an op het stroomnet.
2. Breng het zaagblad in de bovenste
stan
d.
3. Schakel de zaag even in en onmid-
dellijk opnieuw uit.
4. Controleer aan de linkerzijde de
draai
richting van het zaagblad. Het
zaagblad moet met de wijzers van
de klok meedraaien.
5. Als het zaagblad tegen de wijzers
van de klok in draait, trekt u de
stroomkabel van de aansluiting aan
de zaag.
6. Laat de elektrisch aansluiting wijzi-
gen do
or een elektromonteur!
AGevaar voor ongevallen!
De zaagmachine mag slechts door
é
én persoon tegelijk bediend wor-
den. Andere personen mogen uit-
sluitend werkstukken aanreiken of
afn
emen en moeten op een afstand
van de zaagmachine blijven staan.
Controleer of alles goed functioneert
a
lvorens met de werkzaamheden te
beginnen:
netsnoer en netstekker;
hoofdschakelaar;
spouwmes;
afdekkap;
hulpstukken (duwstok, duwhout en
g
reep).
Zorg ervoor dat u zichzelf ook be-
schermt:
draag een stofmasker;
draag oordoppen;
draag een veiligheidsbril.
Neem bij het zagen steeds de juiste
werk
positie in:
neem plaats aan de voorkant van
de
afkortzaag;
tegenover het zaagblad;
links naast het draaivlak van het
za
agblad;
bij het werken met twee personen
moe
t de tweede persoon op vol-
doende afstand van de zaag staan.
Naargelang het soort werk dat u ver-
richt, gebruikt u:
toegelaten werkstuksteunen - als
w
erkstukken na het afzagen van het
tafelblad zouden vallen;
schaafselafzuigsysteem.
Vermijd typische bedieningsfouten:
Probeer nooit het zaagblad af te
re
mmen door er van de zijkant (met
een voorwerp) tegenaan te drukken.
Er bestaat terugslaggevaar.
Druk het werkstuk tijdens het zagen
steeds op de tafel en plaats het
nooit op zijn smalle kant. Er bestaat
terugslaggevaar.
Zaag nooit verschillende stukken
ook geen bundels met verschillende
aparte stukken tegelijk. Er is gevaar
voor lichamelijk letsel als aparte
stukken zonder steun door het
zaagblad worden gegrepen.
cIntrekrisico!
Zaag nooit werkstukken die aan tou-
wen, snoeren, riemen of draden han-
gen of dergelijke materialen bevat-
ten.
8.1 Zaaghoogte instellen
AGevaar!
Voorwerpen of lichaamsdelen die
zi
ch binnen de instelruimte bevin-
den, kunnen door een draaiend
zaag
blad meegesleurd worden! Be-
gin dus nooit met het instellen van
d
e zaaghoogte voordat het zaagblad
helemaal tot stilstand gekomen is!
De zaaghoogte van het zaagblad moet
aangepast worden aan de hoogte van
het werkstuk: De zaagselkap moet aan
de voorzijde met de onderkant op het
werkstuk liggen.
Snijhoogte door draaien van het
handwiel (62) instellen:
naar rechts =
snijhoogte vergroten
naar links =
snijhoogte verkleinen
8. Bediening
62
NEDERLANDS
13
3 Opmerking:
Om een eventuele speling bij de zaag-
hoogteverstelling te compenseren,
p
laatst u het zaagblad altijd langs de
onderkant op de gewenste positie.
8.2 De zaagbladhelling instel-
len
AGevaar!
Voorwerpen of lichaamsdelen die
zich
binnen de instelruimte bevin-
den, kunnen door een draaiend
za
agblad meegesleurd worden! Be-
gin dus nooit met het instellen van
d
e zaaghoogte voordat het zaagblad
helemaal tot stilstand gekomen is!
1. Draai de klemhendel (64) ongeveer
één omwenteling los.
2. Stel de gewenste zaagbladhelling in
me
t het handwiel (63).
3. Blokkeer de hellingshoek door de
klemhendel (64) aan te trekken.
8.3 Zagen met parallelle aan-
slag
1. Parallelle aanslag langs de boven-
kant op het geleidingsprofiel aan de
voorkan
t van de zaag plaatsen.
2. Aanslagprofiel aanpassen aan de
hoo
gte van het werkstuk (zie "Werk-
stukaanslagen" in het hoofdstuk
"Bedi
eningsorganen") en met de
kartelschroeven (65) blokkeren.
3. Snijbreedte instellen en met de
vl
eugelschroef (66) blokkeren.
4. Snijhoogte van het zaagblad instel-
len (zie "Snijhoogte instellen" in het
hoofdstuk "Bediening") en blokke-
ren. Aan de voorkant moet de af-
dekkap onderaan volledig op het
w
erkstuk liggen.
5. Hellingshoek van het zaagblad in-
stellen (zie "Zaagbladhelling instel-
len" in het hoofdstuk "Bediening")
e
n blokkeren.
6. Schakel de motor in.
AGevaar!
Het duwhout moet altijd gebruikt
wor
den als de afstand tussen het
zaagblad en een parallelle aanslag
kleiner is dan 120 mm.
7. Duw het werkstuk langs de parallel-
le aanslag langzaam naar het zaag-
blad en zaag het in één keer door.
8. Schakel de machine uit als u niet
onmiddellijk verderwerkt.
Parallelle aanslag instellen voor het
zag
en van massief hout in de lengte
Stel het achterste uiteinde van de
parallelle aanslag (67) in op de
hoogte van het middelpunt tussen
za
agbladas en zaagbladbegin .
A Opgelet!
Duw na elke zaagprocedure het werk-
stuk tussen zaagblad en parallelle aan-
slag voorzichtig met de duwstok naar
het achterste deel van het tafelblad en
neem het daar van de tafel.
Parallelle aanslag instellen voor het
zagen van platen
Stel het achterste uiteinde van de
parallelle aanslag (68) in op de
maximaal mogelijke lengte, maar
minsten
s op de hoogte van de
zaagbladas .
63 64
65
66
67
68
NEDERLANDS
14
A Opgelet!
Duw na elke zaagprocedure het werk-
stuk tussen zaagblad en parallelle aan-
slag voorzichtig met de duwstok naar
h
et achterste deel van het tafelblad en
neem het daar van de tafel.
Parallelle aanslag voor het inkorten
van smalle werkstukken instellen
Stel het achterste uiteinde van de pa-
rallelle aanslag
(69)
in op de hoogte
van het begin van het zaagblad .
AGevaar!
Als het werkstuk klem kom
t te zitten,
kan het ongecontroleerd weggeslingerd
worden. Stel de parallelle aanslag zo in
dat de uiteinden van het werkstuk niet
tegelijkertijd contact kunnen hebben
met het zaagblad en de parallelle aan-
slag.
A Opgelet!
Duw na elke zaagprocedure het werk-
stuk tussen zaagblad en parallelle aan-
slag voorzichtig met de duwstok naar
het achterste deel van het tafelblad en
neem het daar van de tafel.
8.4 Zagen met dwarsaanslag
1. Dwarsaanslag langs de voorkant in
de groef in het tafelblad schuiven.
2. Gewenste verstekhoek instellen en
me
t de klemhendel (72) blokkeren.
3. Aanslagprofiel uitlijnen en met de
ka
rtelschroeven (70) blokkeren.
A Attentie!
De kunststofneus (71) moet op ten min-
ste 10 mm afstand van de sn
ijlijn staan.
4. Snijhoogte van het zaagblad instel-
len en blokkeren (zie "Snijhoogte in-
stellen" in het hoofdstuk "Bedie-
ning"). Aan de voorkant moet de
a
fdekkap onderaan volledig op het
werkstuk liggen.
5. Hellingshoek van het zaagblad in-
stellen en blokkeren (zie "Zaagblad-
helling instellen" in het hoofdstuk
"Be
diening").
6. Schakel de motor in.
7. Schuif het werkstuk tegen de
d
warsaanslag, houd het vast en
zaag het in één beurt door.
8. Schakel de machine uit als u niet
onmiddellijk verderwerkt.
Voer enkele proefsneden uit op
stukken afvalhout, alvorens met de
zaagwerkzaamheden te beginnen.
Plaats het werkstuk steeds zo op
het tafelblad dat het niet kan omval-
len of wiebelen (bijv. bij een gebo-
gen plank met de naar buiten gebo-
gen zijde omhoog).
Gebruik bij lange werkstukken ge-
schikte werkstuksteunen, bijv. rol-
lenstaander of extra tafel (zie "Be-
schikbare accessoires").
Houd het tafeloppervlak schoon
verwijder vooral de harsresten met
behulp van een hiervoor geschikte
reinigings- en onderhoudsspray (ac-
cessoires).
AGevaar!
Voor alle onderhouds- en reinigings-
werkzaamheden moet u het netsnoer
uittrekken.
Service en/of onderhoudswerk-
zaamheden die niet in dit hoofdstuk
be
schreven staan mogen uitsluitend
door vaklui uitgevoerd worden.
Beschadigde delen, in het bijzon-
der veiligheidsinrichtingen, alleen
vervangen door originele onderde-
len. Delen die niet door de fabrikant
gecontroleerd en vrijgegeven zijn,
kunnen onverwachte beschadigin-
gen veroorzaken.
Nadat u klaar bent met de service
en/of onderhoudsbeurt, moet eerst
de goede werking van alle veilig-
heidsvoorzieningen gecontroleerd
wo
rden.
10.1 Zaagblad vervangen
AGevaar!
Onmiddellijk na het zagen kan het
zaag
blad erg heet zijn – Pas op voor
brandwonden! Laat een heet zaagblad
eerst voldoende afkoelen. Ook het
schoonmaken van het zaagblad met
een licht ontvlambaar product is dan
gevaarlijk.
Ook bij een stilstaand zaagblad bestaat
er nog
gevaar voor snijwonden. Bij het
vervangen van een zaagblad moet u
veiligheidshandschoenen dragen.
Let bij de montage absoluut op de
draairichting van het zaagblad!
69
9. Tips en trucs
70 71
72
10. Service en onderhoud
NEDERLANDS
15
1. Draai de bevestigingsschroeven
(73) van het inlegprofiel los en ver-
wijder het inlegprofiel.
2. Breng het zaagblad in de bovenste
sta
nd.
3. Verwijder de afdekkap.
4. Til het zwenkkastdeksel een beetje
op
en zwenk het opzij. Het zwenk-
kastdeksel is onderaan opgehangen
en kan er nie
t afvallen.
5. Om het zaagblad te blokkeren,
ste
ekt u de blokkeerstift van boven
door de
boring
in het tafelblad.
Draai het zaagblad langzaam met
de hand tot de blokkeerstift vast-
klikt.
6. Draai de stelmoer (79) van de zaag-
bladas (76) los met de schroefsleu-
tel (linkse schroefdraad!).
7. Neem de buitenste zaagbladflens
(78) voorzichtig van de zaagbladas.
Houd daarbij het zaagblad vast.
8. Neem het zaagblad en de binnenste
zaagbladflens (74) van de zaag-
bladas.
9. Reinig het zaagblad, de zaagblad-
as, de buitenste zaagbladflens en
d
e binnenste zaagbladflens.
AGevaar!
Gebruik geen schoonmaakmiddelen
(b
ijvoorbeeld om harsresten te ver-
wijderen) die de lichtmetalen delen
va
n het chassis zouden kunnen be-
schadigen. De stabiliteit van de af-
kortzaag zou erdoor kunnen worden
aa
ngetast.
10. Steek de binnenste zaagbladflens
op de zaagbladas. De meeneemstift
(77) van de zaagbladas moet in de
boring van de zaagbladflens grijpen.
11. Monteer een nieuw zaagblad (let op
d
e draairichting van de zaagtan-
den!). De meeneemstift (77) van de
zaagbladas moet in één van de bei-
de boringen van het zaagblad grij-
pen.
AGevaar!
Gebruik alleen geschikte zaagbladen
(zie
"Beschikbare accessoires") – bij
het gebruik van ongeschikte of be-
schadigde zaagbladen kunnen de-
len ervan onder invloed van de mid-
delpuntvliedende kracht
weg
geslingerd worden.
Het is verboden om:
zaagbladen uit hooggelegeerd
sneldraaistaal
(HSS of HS);
zaagbladen met zichtbare be-
schadigingen (scheurtjes) of
slijpschijven te monteren.
AGevaar!
Het zaagblad moet gemonteerd
w
orden met originele fabrieks-
klemflensen.
Gebruik nooit losse spanringen.
H
et zaagblad zou vanzelf los kun-
nen komen.
De zaagbladen moeten uitgeba-
lanceerd zijn. Ze mogen niet tril-
len, anders kunnen ze tijdens het
werk
en vanzelf loskomen.
12. Steek de buitenste zaagbladflens
op de zaagbladas. De meeneemstift
(77) van de zaagbladas moet in de
boring van de zaagbladflens grijpen.
13. Schroef de stelmoer op de zaag-
bladas (linkse schroefdraad!) en
met de
hand aantrekken.
AGevaar!
Het gereedschap voor het vast-
schroeven van het zaagblad mag
n
iet verlengd worden.
Trek de stelmoer niet verder aan
d
oor slagen op het gereedschap.
Na het vasttrekken van de stel-
moer, moet u alle gebruikte mon-
tagewerktuigen verwijderen!
14. Zwenk het zwenkkastdeksel terug
en klik het vast.
15. Breng het inlegprofiel aan en
schroef dit vast.
16. Spankap weer op het spouwmes
mo
nteren.
3 Opmerking:
De afdekkap moet na de correcte mon-
tage aan het spouwmes naar de bedie-
ningszijde toe een beetje omlaag ge-
kanteld zijn.
10.2 Zaagblad uitrichten
Het zaagblad moet precies parallel lo-
pen t.o.v. de rand van het tafelblad. De
afstand rechts tussen zaagblad en ta-
felrand mag max. 3 mm bedragen.
De instelling gebeurt aan de bovenkant
met instelmoeren. Vervolgens worden
de met de instelmoeren vastgelegde in-
stellingen met twee inbusschroeven
aa
n de onderkant van de zaag geblok-
keerd:
1. Draai de bevestigingsschroeven
(80) van het inlegprofiel los en ver-
wijder het inlegprofiel.
73
76
7879
75
74
77
NEDERLANDS
16
2. Verwijder de afdekkap.
3. Til het zwenkkastdeksel een beetje
op en zwenk het opzij. Het zwenk-
kastdeksel is onderaan opgehangen
en kan er niet afvallen.
4. Trek de instelmoeren (81) (telkens
twee aan de beide zwenksegmen-
ten) t.o.v. elkaar aan.
A Opgelet!
De instelmoeren (81) aan beide zwenk-
segmenten mogen ti
jdens het bedrijf
niet vast aangetrokken zijn, zodat bij
het zagen geen mechanische interne
spanningen ontstaan.
5. Draai het zaagblad volledig naar be-
neden.
6. Zaag omdraaien en op het tafelblad
legg
en.
7. Draai telkens twee inbusschroeven
(82) in de zaag ongeveer één om-
wenteling los.
8. Plaats de zaag weer rechtop.
9. Draai het zaagblad een beetje om-
hoog.
10. Richt het zaagblad uit door het ver-
stellen van de instelmoeren (81)
aan beide zwenksegmenten.
11. Draai het zaagblad volledig naar be-
neden.
12. Draai de zaag om en leg ze op het
tafelblad.
13. Trek de inbusschroeven (82) in de
zaag weer aan.
14. Plaats de zaag weer rechtop.
A Opgelet!
De instelmoeren (81) aan beide zwenk-
segmenten mogen tijdens het
bedrijf
niet vast aangetrokken zijn, zodat bij
het zagen geen mechanische interne
spanningen ontstaan.
15. Draai de instelmoeren aan beide
zwenksegmenten ongeveer twee
omwentelingen los.
16. Zwenk het zwenkkastdeksel terug
en klik het vast.
17. Breng het inlegprofiel aan en
schroef dit vast.
18. Breng het zaagblad in de bovenste
stan
d.
19. Spankap weer op het spouwmes
mo
nteren.
3 Opmerking:
De afdekkap moet na de correcte mon-
tage aan het spouwmes naar de bedie-
ningszijde toe een beetje omlaag ge-
kanteld zijn.
10.3 Aandrijfriem spannen
De aandrijfriem loopt tussen motor en
as van het zaagblad. De aandrijfriem
moet gespannen worden:
als deze meer dan 5 mm meegeeft;
als het zaagblad na het uitschake-
len langer dan 10 seconden na-
loopt.
Controleren en bijspannen
1. Draai de zaag om en leg deze op
he
t tafelblad.
2. Verwijder de afdekplaat aan de mo-
tor.
3. Riemspanning controleren met
duimproef aan het venster van de
riembehuizing.
80
81
82
NEDERLANDS
17
4. Als de aandrijfriem bijgespannen
moet worden: vier schroeven voor
de motorbevestiging ca. één om
-
wenteling losdraaien.
De motor is op een excentriek bevestigd.
De riemsp
anning wordt gewijzigd door het
verdraaien van de motorkast:
Motorkast met de wijzers van de klok
mee draaien = riemspanning lager.
Motorkast tegen de wijzers van de klok
in draaien = riemspanning hoger.
5. Als de riemspanning correct is,
haalt u de schroeven voor de motor-
bevestiging kruiselings aan.
6. Schroef de afdekplaat weer aan de
motor.
10.4 Spouwmes uitrichten
3 Opmerking:
Het spouwmes is in de fabriek uitge-
richt op het zaagblad. Toch moet de af-
stand tussen spouwmes en zaagblad
regelmatig gecontroleerd en indien no-
dig gecorrigeerd worden.
Voor het uitrichten van het spouwmes
ee
rst:
1. Draai de bevestigingsschroeven
(83) van het inlegprofiel los en ver-
wijder het inlegprofiel.
2. Breng het zaagblad in de bovenste
sta
nd.
3. Verwijder de afdekkap.
4. Til het zwenkkastdeksel een beetje
op
en zwenk het opzij. Het zwenk-
kastdeksel is onderaan opgehangen
en kan er niet afvallen.
Om het spouwmes exact aan het zaag-
blad aan te passen, kan het spouwmes
in
twee niveaus worden versteld:
de afstand tot de omtrek van het
za
agblad (zaagtanden);
in de dwarsrichting.
Afstand van het zaagblad instellen:
De afstand tussen de zaagbladom-
trek en het spouwmes moet 3 tot 8
mm bedra
gen.
Het spouwmes moet minstens even
ver boven het tafelblad uitsteken als
het zaagblad.
1. Draai de moer (85) op het spouw-
mes één omdraaiing los.
2. Breng het spouwmes op de juiste
a
fstand van de zaagbladomtrek.
3. Richt het spouwmes in de hoogte
u
it t.o.v. het zaagblad. Richt daar-
voor de spouwmesmarkering (84)
uit aan de bovenkant van de spouw-
meshouder (86).
4. Zet de moer vast.
Zijdelingse verschuiving:
spouwmes en zaagblad moeten precies
boven elkaar staan. De zijdelingse uit-
richting van het spouwmes is door de
fabri
kant vooraf ingesteld.
Indien echter nog een fijnjustering
no
odzakelijk is:
Instelmoeren (87) met de wijzers
van de klok mee draaien = spouw-
mes wordt naar rechts verschoven.
Instelmoeren (87) tegen de wijzers
van de klok in draaien = spouwmes
w
ordt naar links verschoven.
Na het uitrichten:
1. Zwenk het zwenkkastdeksel terug
en klik het vast.
2. Breng het inlegprofiel aan en
schroef dit vast.
3. Monteer de zaagselkap weer op het
spouwmes.
3 Opmerking:
De afdekkap moet na de correcte mon-
tage aan het spouwmes naar de bedie-
ningszijde toe een beetje omlaag ge-
kanteld zijn.
10.5 Zaagbladhelling instellen
1. Draai het zaagblad helemaal om-
hoog en richt het aan een afzonder-
lijke winkelhaak exact in een rechte
hoek uit t.o.v. het tafelblad.
2. Als de 0°-aanslagbegrenzer aan de
ach
terkant van de zaag niet exact
overeenstemt met het in rechte
hoek uitgerichte zaagblad:
Verstel de aanslagschroef door
het losdraaien en blokkeren van
de beide moeren (89), tot het
zaagblad exat in een rechte hoek
t.o.v. de 0°-aanslagbegrenzer
ligt.
83
85
84
86
87
88
89
NEDERLANDS
18
3. Voor het instellen van de 45°-aan-
slagbegrenzer (88) voert u de stap-
pen 1 tot 2 uit.
4. Stel de hoekschaal aan de voorkant
indien nodig bij. Draai daarvoor de
schroeven (90) los en verschuif de
hoekschaal in de slobgaten.
10.6 Schaalband justeren
De schaalband moet ingesteld worden
overeenkomstig de dikte en de positie
van het zaagblad.
1. Plaats de parallelle aanslag tegen
de rechter fl
ank van het zaagblad
en klem deze vast. De 0°-streep
van de schaal moet zich precies on-
der de linker profielrand (pijl) van de
paral
lelle aanslag bevinden, anders:
Bevestigingsschroef (91) los-
draaien, schaalband instellen en
bevestigingsschroef weer aanha-
len.
2. Parallelle aanslag verwijderen.
10.7 Dwarsaanslag instellen
3 Opmerking:
Gebruik een hoekmeter voor het uitrich-
ten van de dwarsaanslag.
1. Richt de dwarsaanslag in een rech-
te hoek uit t.o.v. het zaagblad en
blokkeer de dwarsaanslag met de
klemhendel (92). De 0°-streep van
de hoekschaal(95) moet daarbij
naar de middelste streep van de no-
niusschaal (94) wijzen.
2. Draai indien nodig de bevestigings-
schroeven (93) los, stel de hoek-
schaal in en haal de bevestigings-
schroeven weer aan.
10.8 Machine opbergen
AGevaar!
Berg de zaagmachine steeds op
waar onbevoegden ze niet kun-
nen inschakelen en
waar niemand zich eraan kan be-
zeren ook al is ze uitgeschakeld.
A Attentie!
De machine mag niet in openlucht of
i
n een vochtige ruimte opgeborgen
worden.
10.9 Onderhoud
Voor u de machine inschakelt
Visuele controle of de afstand zaag-
blad – spouwmes 3 tot 8 mm be-
draagt.
Visuele controle of de zaagselkap
a
an het spouwmes naar de bedie-
ningszijde toe een beetje gekanteld
is.
Visuele controle van netsnoer en
netstekker op beschadigingen; in-
dien nodig laat u de defecte onder-
delen door een elektromonteur ver-
vangen.
Visuele controle of de zaagsleuf vrij
is van zaagselr
esten; evt. zaagsel
verwijderen met stofzuiger of pen-
seel.
Bij elke uitschakeling
Controle of naloop van het zaagblad
langer dan 10 seconden; bij langere na-
loop motor door elektromonteur laten
vervang
en.
1x per maand (bij dagelijks gebruik)
Verwijder zaagselresten met stofzuiger
of penseel; wrijf de geleidingselemen-
ten lichtjes in met olie:
Draadstang voor hoogteverstelling;
zwenksegment.
Na elke periode van 300 werkuren
Alle schroefverbindingen controle-
ren, evt. aanhalen (behalve de in-
stelmoeren aan de beide zwenkseg-
menten voor de
zaagbladuitrichting).
Aandrijfriem voor zaagblad controle-
ren.
AGevaar!
Reparaties aan elektrische werktuigen
moge
n alleen uitgevoerd worden door
elektrotechnici!
De elektrische gereedschappen kunnen
voor reparatie verzonden worden naar
het servicepunt in uw land. Het adres
vindt u bij de lijst met onderdelen.
Geef bij inzending voor reparatie een
omschrijving van het vastgestelde de-
fect.
Draai het zaagblad volledig naar be-
neden.
Verwijder de montagedelen (aan-
slag, schuifslede, tafelverlengstuk-
ken).
Gebruik bij verzending de originele
verpakking indien mogelijk.
Voor bijzondere werkzaamheden zijn
volg
ende accessoires verkrijgbaar in de
vakhandel – de tekeningen vindt u te-
rug op de omslagzijde achteraan:
A Verrijdbaar onderstel
B Basi
sdragersysteem
90
91
92 93
949593
11. Reparatie
12. Transport
13. Beschikbare accessoi-
res
NEDERLANDS
19
C Verlenging incl. steunvoet voor ba-
sisdragersysteem
D Bijkomende steunvoet voor basis-
dragersysteem
E Sch
uifslede om langere werkstuk-
ken comfortabel te geleiden.
Montage links of rechts aan het ba-
sisdragersysteem
F Tafelverbreding Plus
vergroot het oplegvlak; ideaal voor
snijden van platen
Montage links of rechts aan het ba-
sisdragersysteem
G T
afelverlengstuk
H Hoeka
anslag
voor precieze dwars- en ver-
steksneden
I Roll
enstaander RS 420
J Roll
enstaander RS 420 W
K Roll
enstaander RS 420 G
L On
derhouds- en conserverings-
spray
om harsresten te verwijderen en
me
talen oppervlakken te conserve-
ren.
M Zaagselafzuigsysteem
voor aansluiting op een zaagselaf-
zuiginstallatie
N Gree
p voor duwhout
voor de zijdelingse geleiding van
het werkstu
k
Leverbare zaagbladen
O Zaa
gblad
HW/CT 250 × 2,8 / 2,0 × 30, 25°
24 wisseltand
goed geschikt voor massief hout,
ruwe sned
en bij multiplexmateria-
len en fineerhout
P Zaa
gblad
HW/CT 250 × 2,8 / 1,8 × 30, 15°
34 wisseltand
zeer goed geschikt voor zachte en
harde
houtsoorten,
goed geschikt voor massief en mul-
tiplexhout, spaanplaten (ruw gecoat
of
met fineer), MDF en composiet-
materialen
Q Zaagblad
HW/CT 250 × 2,8 / 1,8 × 30, 15°
42 wisseltand
zeer goed geschikt voor zachte en
harde
houtsoorten,
goed geschikt voor massief en mul-
tiplexhout, spaanplaten (ruw gecoat
of
met fineer), MDF en composiet-
materialen
R Zaagblad
HW/CT 250 × 2,8 / 1,8 × 30, 15°
60 wisseltand
zeer goed geschikt voor zachte en
h
arde houtsoorten,
goed geschikt voor massief en mul-
tiplexhout, spaanplaten (ruw gecoat
of met fineer), MDF en composiet-
materialen
S Zaagblad
HW/CT 250 × 3,2 / 2,2 × 30, 10°
60 wisseltand
zeer goed geschikt voor zachte en
h
arde houtsoorten,
goed geschikt voor massief en mul-
tiplexhout, spaanplaten (ruw gecoat
of
met fineer), MDF en composiet-
materialen
T Zaagblad
HW/CT 250 × 2,8 / 1,8 × 30, 10°
80 wisseltand
voor hoogste eisen aan de snijkwa-
liteit van bijv. laminaat, kunststof-,
a
luminium-, koper- en messingpro-
fielen,
perfecte snijresul
taten bij massief-
hout, ruwe, gecoate of gefineerde
sp
aanplaten en MDF
U Z
aagblad
HW/CT
250 × 2,8
/
2,0 × 30, 5° neg.
80 platte trapeziumtand
voor hoogste eisen aan de snijkwa-
liteit, bijv. laminaat, kunststof-, alu-,
ko
per- en messingprofielen,
perfecte snijresulta
ten bij massief
hout, ruwe, gecoate of gefineerde
spaanplaten en MDF
Het verpakkingsmateriaal van het ap-
paraat kan voor 100% worden gerecy-
cleerd.
Afgedankte elektronische apparatuur
en accessoires bevatten grote hoeveel-
heden waardevolle grond- en kunststof-
fen, die ook gerecycleer
d moeten wor-
den.
Deze handleiding werd gedrukt op
chl
oorvrij gebleekt papier.
AGevaar!
Alvorens een storing te verhelpen,
moet u:
1. schakelt u de machine uit,
2. de stekker uit het stopcontact
tre
kken,
3. wachten tot het zaagblad hele-
maal stilstaat.
Nadat de storing verholpen is, moet
u ee
rst de goede werking van alle
veiligheidsvoorzieningen controle-
ren.
De motor draait niet
Het onderspanningsrelais is geacti-
veerd door een tijdelijke stroomonder-
breking.
Opnieuw inschakelen.
Er is geen spanning.
Controleer het snoer, de stekker, en
de zekeringen.
Motor oververhit, bi
jv. door stomp zaag-
blad of spaanophoping in de behuizing:
Oorzaak van de oververhitting ver-
wijderen, enkele minuten laten af-
koelen en daarna opnieuw inscha-
kelen.
De netspanning is te laag:
Kortere toevoerleiding of toevoerlei-
ding met grotere doorsnede gebrui-
ken ( 1,5 mm
2
).
Laat uw installatie door een elektro-
monteur controleren.
Het zagen gaat moeizaam
Het zaagblad is bot (het zaagblad ver-
toont eventueel brandvlekken opzij);
Zaagblad voor het materiaal ongeschikt
(zie hoo
fdstuk "Technische gegevens");
Het zaagblad is verbogen:
Zaagblad vervangen (zie hoofdstuk
"Onderhoud").
spaanophoping
Geen resp. te zwakke afzuiginstallatie
aa
ngesloten (zie "Zaagselafzuiginstalla-
tie aansluiten" in het hoofdstuk "Monta-
ge"):
Afzuiginstallatie aansluiten of
Vermogen afzuiging verhogen.
14. Milieubescherming
15. Problemen en storingen
NEDERLANDS
20
16. Technische gegevens
PK 255 2,5 WN PK 255 3,4 DN
Spanning 230V / 1~50Hz 400 V / 3~50 Hz
Nominale stroom A 11,1 6,3
Afzekering min. A 1 x 16 (langzaam) 3 x 16 (langzaam)
Veiligheidsklasse IP 54 IP 54
Toerental Motor min
-1
2800 2800
Vermogen motor
Opgenomen vermogen P
1
(S6 40%)
Afgegeven vermogen P
2
(S6 40%)
kW
kW
2,5
1,9
3,4
2,5
Snijsnelheid zaagblad ca. m/s 50 50
Doorsnede zaagblad (buiten) mm 250 250
Boring zaagblad (binnen) mm 30 30
Snijhoogte
bij verticaal zaagblad
bij 45 zaa
gbladhelling
mm
mm
0 ... 80
0 ... 53
0 ... 80
0 ... 53
Afmetingen
Lengte tafelblad
Breedte tafelblad
Lengte tafelverlengstuk
Breedte tafelverlengstuk
Hoogte (tafelblad)
Hoogte (boven alles)
mm
mm
mm
mm
mm
mm
790
665
420
345
850
1020
790
665
420
345
850
1020
Totaalgewicht ca. kg 74 74
Geluidsvermogenniveau volgens DIN EN 1870-1(2007) en
ISO 7960:1995 bijlage A*
Onbelast
Belast
Onzekerheid K
dB (A)
dB (A)
dB (A)
86,2
97,2
4,0
86,9
101,2
4,0
Emissie-geluiddrukniveau volgens DIN EN 1870-1(2007) en
ISO 7960:1995 bijlage A*
Onbelast
Belast
Onzekerheid K
dB (A)
dB (A)
dB (A)
79,0
95,2
4,0
76,4
94,9
4,0
Omgevingstemperatuur bereik C –10 … +40 –10 … +40
Verlengkabel – minimale diameter
Kabellengte 10 m
Kabellengte 25 m
Kabellengte 50 m
mm
2
mm
2
mm
2
3 × 1,5
3 × 2,5
3 × 2,5
3 × 2,5
* De vermelde waarden zijn emissiewaarden en zijn zodoende niet tevens ook veilige werkplaatswaarden. Ofschoon er een cor-
relatie tussen emissie- en immissiewaarden bestaat, kan
hieruit niet betrouwbaar worden afgeleid of bijkomende voorzorgsmaat-
regelen noodzakelijk zijn of niet. Factoren die het actuele i
mmissiepeil op de werkplek beïnvloeden, omvatten de aard van de
werkruimte en andere geluidsbronnen, bijv. het aantal machines en andere naburige werkprocessen. De betrouwbare werk-
plaatswaarden kunnen eveneens van land tot land verschillen. Deze informatie
dient echter de gebruiker in staat te stellen, een
betere inschatting van bedreiging en risico uit te voeren.
  • Page 1 1
  • Page 2 2
  • Page 3 3
  • Page 4 4
  • Page 5 5
  • Page 6 6
  • Page 7 7
  • Page 8 8
  • Page 9 9
  • Page 10 10
  • Page 11 11
  • Page 12 12
  • Page 13 13
  • Page 14 14
  • Page 15 15
  • Page 16 16
  • Page 17 17
  • Page 18 18
  • Page 19 19
  • Page 20 20
  • Page 21 21
  • Page 22 22
  • Page 23 23
  • Page 24 24
  • Page 25 25
  • Page 26 26
  • Page 27 27
  • Page 28 28
  • Page 29 29
  • Page 30 30
  • Page 31 31
  • Page 32 32
  • Page 33 33
  • Page 34 34
  • Page 35 35
  • Page 36 36
  • Page 37 37
  • Page 38 38
  • Page 39 39
  • Page 40 40
  • Page 41 41
  • Page 42 42
  • Page 43 43
  • Page 44 44
  • Page 45 45
  • Page 46 46
  • Page 47 47
  • Page 48 48
  • Page 49 49
  • Page 50 50
  • Page 51 51
  • Page 52 52
  • Page 53 53
  • Page 54 54
  • Page 55 55
  • Page 56 56
  • Page 57 57
  • Page 58 58
  • Page 59 59
  • Page 60 60

Metabo PK 255/3,40 DNB Instruções de operação

Tipo
Instruções de operação
Este manual também é adequado para